- 1 kilo schorseneren
- 50 g fijngesneden boerenkool
- 200 ml slagroom
- 1 ei
- 100 g Parmezaanse kaas
- 1 eetl dijonmosterd
- 2 takjes verse tijm
- 1 sinaasappel (alleen rasp)
- kneep citroensap
- olijfolie
- wat boter
- zout en peper
Verwarm de oven voor op 200 graden. Hussel de boerenkool om met peper, zout en 1 eetl olijfolie. Spreid uit over een met bakpapier beklede bakplaat en laat in de oven in 15 min. knapperig worden, maar niet verbranden.
Schil intussen de schorseneren met een dunschiller. Leg een schorseneer plat neer. Snij met een dunschiller van boven naar beneden rondom de zanderige zwarte schil eraf. Snij de stengels in vieren (stukjes van 4-5 cm). Op het witte binnenste ontstaan kleverige druppeltjes, dus parkeer ze gelijk in een bak met koud water. Kook in een pan kokend water met wat zout in 10 min. beetgaar (check of een mespunt er gemakkelijk in gaat).
Doe 2/3 van de Parmezaan in een grote kom met de slagroom, ei, mosterd, tijm, zout en peper. Rasp de schil van de sinaasappel erboven. Klop glad met een garde.
Giet de schorseneren af en schep door de saus. Doe alles in een boter ingevette ovenschaal (doorsnee 20 cm). Bestrooi met de rest van de Parmezaan. Gratineer 20 min. in de oven tot goudbruin en lekker bubbelend.
Serveer met de knapperige boerenkoolchips erover. Deze chips kun je prima bewaren in een zakje in de vriezer.
Bron: Karin Luiten, Vega